De kleurgrasparkiet als
TT vogel
Door: Edwin Bosch (keurmeester parkieten)
Onlangs was het weer mogelijk om met elkaar aanwezig te zijn op een van onze
verenigingsavonden. Het viel mij hier op dat er een aantal “jonge” nieuwe leden
aanwezig waren. Hierbij zaten ook kleurgrasparkieten kwekers. Dat is niet zo gek
want de populariteit van kleurgrasparkieten als showvogel neemt volgens mij ook
toe. De eerste jaren dat de kleurgrasparkiet als TT vogel werd ingezonden ligt
al even achter ons. De kwaliteit van de kleurgrasparkiet neemt ook alleen maar
toe. Dit hebben we te danken aan een redelijk aantal kwekers die het kweken en
showen met kleurgrasparkieten behoorlijk serieus nemen. Deze vogels worden niet
alleen maar gezien als vogeltjes uit een gezelschap volière, waar het toch bij
de meesten wel zo begonnen is. Maar worden gezien als volwaardige en
competitieve TT vogels. Bij een TT vogel hoort ook een standaardeis, welke als
download terug te vinden is op de site van de NBVV. Zie hiervoor
https://www.nbvv.nl/downloads/
Bij een standaard hoort ook een keurbrief waar punten worden toegekend aan
verschillende onderdelen zoals: o.a. formaat/model, kleur en tekening. De
kleurgrasparkiet wordt op het gele keurbriefje gekeurd. Een paar van deze punten
wil ik aan de hand van foto’s proberen te verduidelijken.
Het formaat/model/type van de vogel
De kleinste hoeft niet altijd de beste te zijn. In de standaard staat een lengte
omschreven van 18 á 20 cm. Dit is moeilijk in te schatten maar geeft toch wel
een goede indicatie. Een grasparkiet moet vooral niet fors zijn, de borst dient
gevuld te zijn, maar de grasparkiet moet alsnog een sierlijk type qua
uitstraling blijven geven.
De tekening
Waar nogal eens een discussie over ontstaat, dat zijn de keelstippen. De
standaard is hier toch wel duidelijk in, n.l.: De keelstippen dienen in
verhouding tot het masker te zijn en even groot. De afstand tussen de
keelstippen is gelijk of iets groter dan de diameter van de keelstippen. Wat we
nog wel eens zien zijn bijstippen, niet ronde, te grote of te kleine
keelstippen. Oordeel zelf:
De kleur
Nu zal een beginnend kweker snel moeite hebben om de juiste kleurslag in de
juiste klasse in te sturen. Het advies in deze is dan ook, raadpleeg iemand uit
uw vereniging. Het beste kunt u beginnen met niet te veel mutaties (kleuren)
door elkaar heen te kweken. Hoewel dit niet altijd mee valt, zijn er toch
kwekers te vinden die door strenge selectie toch al veel ongewenste mutanten uit
de vogels hebben weten te kweken. Als een keurmeester een vogel gaat keuren,
kijkt hij naast de ingeschreven kleurslag, voornamelijk naar de helderheid en
egaliteit van de kleur. Dit gaat dus om de lichaamskleur en niet om de kleur van
de tekening. Dit wordt in de rubriek tekening beoordeeld. Iets wat bij de
grasparkieten ook nogal eens voorkomt en niet gewenst is, is het zogenaamde
“opaline” effect. Bij de normale kleurslagen dus de “niet opalines” hoort de
ondulatietekening op de rug en vleugels vrij te zijn van de lichaamskleur.
Wat hier niet besproken is maar zeker de moeite waard om te vermelden is het volgende. Met de eerste indruk heb je de aandacht van de keurmeester meteen getrokken. Dit kun je makkelijk verdienen door een vogel in te zenden die een gezonde indruk geeft. Die in een goede showconditie is, rustig op stok en in schone degelijke TT kooi zit. Dit zijn bijkomende factoren die je veelal zelf in de hand hebt. Het is een vogelshow, dus show je mooiste vogel, in de mooiste kooi en in de beste conditie! Veel succes aan zowel de nieuwe beginnende, als de doorgewinterde kwekers van deze populaire vogel.